Waarnemerseffect, een mooi fenomeen is dat. Er is op een bepaalde plaats een bijzondere soort gezien. Daar komen vogelaars op af, die de bewuste soort dan wel of niet in beeld krijgen, maar ook weer andere leuke soorten zien. Want hoe meer ogen, hoe meer (leuke) soorten.

Iets specifieker. Dini Helmers meldde op 22 oktober twee Geelgorzen in de bosschages langs de Polredijk tussen Vrouwenpolder en Veere. Marten Peene besloot twee dagen later een kijkje te gaan nemen en vond de twee Geelgorzen terug op dezelfde plek. Hij deelde zijn waarneming weer via de Walcherse ‘app-groep’ en dat was voor mij reden om er diezelfde middag op de terugweg van Neeltje Jans even langs de rijden. Vanaf het bewuste dijkje aan de westzijde van de caisson vond ik met Joop Scheijbeler en Lenn van de Zande al snel de beide Geelgorzen. Toen ze even later aan de rand van een poeltje foerageerden, wilde ik ze door de telescoop bekijken. Er liepen nu echter drie gorzen! De twee Geelgorzen hadden gezelschap gekregen van een derde vogel, die veel kouder gekleurd was, meer grijzig en roestbruin, zonder geeltinten. Ik mompelde iets van ‘He, dat lijkt wel een Witkopgors!’ Ik keek nog eens, legde aan Joop en Lenn uit naar welke vogel ik keek en kwam weer tot de conclusie dat dit best een Witkopgors kon zijn. De afgelopen winter had ik meermaals de vogel gezien die op het schor bij Wilhelminadorp overwinterde en een aantal belangrijke kenmerken zaten nog vers in m’n geheugen. Een van de belangrijkere kenmerken is dat bij een zuivere Witkopgors aan de randen van de handpennen en op de ondervleugel geen geel of gelige tint mag zitten. Voor zover ik kon zien klopte dit prima. Voor de zekerheid belde ik Pim Wolf nog, die mij vertelde wat ik eigenlijk al wist. Hij beloofde in 10 minuten ter plaatse te zijn. Omdat de vogel op ca. 50 meter afstand zat en mijn camera nog in de auto lag, deed ik verwoede pogingen om door middel van ‘phone-scoping’ wat plaatjes te maken. Dit lukte wonderwel en ik stuurde één matige foto met de tekst ‘Zeer suggestieve vogel voor Witkopgors bij twee Geelgorzen’ via de Walcheren-app door.

compilatie-witkopgors-phonescoop

Phonescoping: in geval van nood een prima mogelijkheid om een bijzondere waarneming te documenteren!

De drie gorzen vlogen vervolgens roepend over ons heen en landden aan de oostkant van het dijkje waar we op stonden. Na enkele spannende minuten vonden we de bewuste gors terug in een duindoorn terug, waar we konden vaststellen dat het inderdaad om een Witkopgors ging. Terwijl er nog wat vogelaars aankwamen, ging de Witkopgors met de Geelgorzen en soms ook enkele Rietgorzen op de schuine zijde van het dijkje foerageren. Daardoor was de vogel vaak niet zichtbaar, maar kregen we hem ook een aantal keer goed in beeld. Hier konden we ook op korte afstand meer foto’s maken. Na drie kwartier hield ik het voor gezien. Naar later bleek was de vogel na mijn vertrek nog ruim een kwartier in beeld, voordat het ging schemeren. De daaropvolgende dagen werd er nog druk gezocht, maar van de Witkopgors ontbrak elk spoor.

wirkopgors-2-veere-24102016-corstiaan-beeke

Witkopgors, 1e-kj vrouwtje, Veere – Polredijk, 24 oktober 2016. Foto: Corstiaan Beeke.

Terug naar het begin, want het eerder genoemde waarnemerseffect nam nog serieuzere vormen aan. Eerst dus de waarneming van twee Geelgorzen, daarna de ontdekking van een Witkopgors, een dag later hoorden Mayro Pattikawa, Thomas Luiten en ik tijdens het zoeken naar de gors een Cetti’s Zanger en ontdekte Thomas op een akker in de buurt zomaar een Izabeltapuit! Tenslotte ontdekte Piet de Poorter weer een dag later op zoek naar de Geelgorzen, de Witkopgors en de Izabeltapuit in hetzelfde gebied een Klapekster, ook een leuke soort op Walcheren.

wirkopgors-1-veere-24102016-corstiaan-beeke

Witkopgors, 1e-kj vrouwtje, Veere – Polredijk, 24 oktober 2016. Foto: Corstiaan Beeke.

Indien aanvaard gaat de waarneming van de Witkopgors de boeken in als het tweede geval voor Walcheren, na een adult mannetje op de zeedijk van Westkapelle (30 oktober 1987, Jaco Walhout). Naast de twee Walcherse gevallen en de overwinterende vogel bij Wilhelminadorp (van 15 dec 2015 tot in maart 2016 en ontdekt door Walcherenaar Marcel Klootwijk) zijn er in Zeeland alleen twee vangsten en twee vondsten bekend van Westenschouwen. In Nederland zijn er t/m 2015 inmiddels 35 gevallen aanvaard door de CDNA. De waarneming bij Veere past in het beeld van dit najaar met in 3 à 4 vogels op Vlieland, 1 à 3 vogels op Texel en één vogel in de kop van Noord-Holland. Daarnaast werden er tot op heden ook al vier op de Shetlands gezien, drie in Zweden, één in Duitsland en één in België.